Motoriek

Motoriek is het vermogen om te bewegen. We maken vaak een onderscheid tussen grove en fijne motoriek. Hieronder beschrijven we wat kinderen en jongeren met CP doen in het dagelijks leven kijkend naar de grove en fijne motoriek.

Ontwikkeling

De grove motoriek bestaat uit grote bewegingen die je met (grote delen van) je lichaam maakt. Bijvoorbeeld: gaan zitten en gaan staan, je verplaatsen van je bed naar je stoel, of in- en uit een auto stappen. Verplaatsen kun je op veel verschillende manier doen. Denk aan omrollen, kruipen, lopen, rolstoelrijden en fietsen.

Met fijne motoriek bedoelen we de kleine bewegingen. Denk aan het gebruiken van je handen en vingers om voorwerpen te pakken of iets met een voorwerp te doen. Dat laatste kan van alles zijn. Bijvoorbeeld: krassen met een potlood, bouwen met blokken, tekenen, schrijven en knippen met een schaar, maar ook je jas dichtdoen of je veters strikken.

Om de ontwikkeling van vaardigheden van kinderen en jongeren op allerlei gebieden te laten zien, gebruiken we ontwikkelingscurves.

Grove motoriek

Voor de grove motoriek is de GMFCS-classificatie een belangrijk hulpmiddel. Voor kinderen van een verschillend GMFCS-niveau zijn de ontwikkelingscurves gemiddeld genomen duidelijk verschillend waar het om de grove motoriek gaat. Jongeren met GMFCS-niveau I ontwikkelen zich het meest in de grove motoriek, kinderen met niveau V ontwikkelen zich het minst ver in de grove motoriek.

De figuur hieronder is gebaseerd op vaardigheden in de grove motoriek zoals hierboven beschreven.

Ontwikkeling van grove motoriek

Elke gekleurde lijn geeft het gemiddelde aan van een groep kinderen/jongeren. Hoe hoger de lijn hoe meer vaardigheden iemand heeft.

Meer informatie over GMFCS via CanChild; zie online bronnen  einde tekst.

Meer informatie over de curves op onze website; zie online bronnen einde tekst.

De leeftijd waarop de lijn afbuigt, verschilt per GMFCS-niveau. Voor kinderen met GMFCS I is dat gemiddeld rond hun 6e verjaardag en voor kinderen met GMFCS V is dat gemiddeld rond de leeftijd van 4,5 jaar. Een afbuiging betekent dat het grootste deel van de ontwikkeling in dat domein heeft plaatsgevonden, maar individuele verschillen zijn er altijd.

GMFCS

De GMFCS-niveaus zijn ook te zien via de online bronnen aan het einde van de tekst.

Bekijk de video met voorbeelden van de verschillende GMFCS-niveaus; zie hiervoor de online bronnen aan het einde van de tekst.

Fijne motoriek

Voor het gebruik van armen en handen is de MACS-classificatie belangrijk. De MACS-classificatie is vergelijkbaar met de GMFCS-classificatie. De grootste ontwikkeling van de fijne motoriek vindt plaats in dezelfde periode als de ontwikkeling van de grove motoriek, dus in de leeftijd van gemiddeld 0-6 jaar. Net als de GMFCS bij de grove motoriek, is de MACS-classificatie een belangrijke indeling die zicht geeft op toekomstig gebruik van armen en handen.
Ook voor de fijne motoriek geldt dat er variatie is tussen kinderen, ook binnen eenzelfde MACS-niveau.

Let op!

Binnen de GMFCS-niveaus is er variatie tussen kinderen. Binnen een niveau ontwikkelt het ene kind zich verder dan het andere. De lijn in de grafiek is het gemiddelde van veel kinderen met hetzelfde GMFCS-niveau. Er kan tussen kinderen binnen één niveau verschil in ontwikkeling zijn.

Daarnaast kan er in de ontwikkeling van ieder kind en iedere jongere nog van alles gebeuren. De grove motoriek kan zich bijvoorbeeld door oefening op latere leeftijd nog verder ontwikkelen. De ontwikkeling op een bepaald domein kan ook (tijdelijk) minder snel gaan, omdat er meer aandacht geweest is voor ontwikkeling op een ander domein. De curve zegt niets over de moeite die het kost om een bepaalde handeling te doen. Zo kan iemand met GMFCS II misschien hetzelfde als iemand met GMFCS I, maar kost dit degene met GMFCS II meer energie. Iedereen is uniek, maar ondanks dat de motorische ontwikkeling er voor iedereen een beetje anders uitziet, is de GMFCS een bruikbaar hulpmiddel om een idee te krijgen over het toekomstig functioneren van een kind met cerebrale parese.

Wat wil dit zeggen?

Het GMFCS-niveau zegt iets over de grove motoriek van iemand met CP. Dit niveau geeft een betrouwbare voorspelling van hoe een jongere met CP zich zal ontwikkelen op het gebied van de grove motoriek. De ontwikkelingscurves zijn gebaseerd op kinderen en jongeren die therapie krijgen voor ondersteuning bij de lichamelijke en verstandelijke ontwikkeling.  Voor kinderen die geen therapie krijgen, kan de ontwikkeling anders verlopen dan verwacht. De MACS-classificatie gaat over het gebruik van armen en handen. Deze is, met name bij jonge kinderen, minder betrouwbaar dan de GMFCS-classificatie. Daardoor is de ontwikkeling in de fijne motoriek minder voorspelbaar.

Wat is er belangrijk bij de motoriek?

Meer nog dan bij mensen zonder CP is veel oefenen en bewegen belangrijk, ook thuis. Er zijn kinderen die vaak vallen voordat ze goed kunnen lopen. Het duurt ook wat langer voordat iemand met CP iets kan dan  bij andere kinderen.

De ontwikkeling verloopt het beste bij een positieve benadering en veel geduld. Voor ouders is het belangrijk om hun kind aan te moedigen om dingen zelf te doen. Hierin kunnen ze keuzes maken: op drukke dagen geven ze bijvoorbeeld hulp, en in het weekend laten ze hun kind het zelf doen. Het is belangrijk om haalbare doelen te stellen, te zoeken naar oplossingen en te kijken naar alles wat wel kan. Een zorgprofessional uit het revalidatieteam, bijvoorbeeld een fysiotherapeut, kan hierbij helpen.

Ouders en het kind of de jongere met CP focussen zich vaak vooral in eerste instantie op de korte termijn. Het is de rol van de revalidatiearts om te kijken naar de langere termijn. Het gebruik van hulpmiddelen en/of medicatie kunnen problemen op latere leeftijd voorkomen en de vrijheid op verschillende domeinen vergroten. Vergelijk het met een bril: opeens heb je veel minder energie nodig om te kunnen kijken, waardoor er meer ruimte komt voor andere dingen. Net als een bril is ook een rolstoel een hulpmiddel. Vooral voor kinderen met veel spasticiteit en contracturen kan een rolstoel een uitkomst zijn om zich te kunnen verplaatsen. Een goede afstemming tussen de revalidatiearts, het revalidatieteam en de ouders en kind leidt tot de beste behandeling.

Waar vind ik meer informatie?

Ga voor vragen of meer informatie altijd in gesprek met je arts of zorgteam. Hieronder alvast een aantal tips met meer informatie. Kijk voor de links bij de online bronnen aan het einde van de tekst.

Op de site van CP Nederland kun je veel informatie vinden over CP. Onder het kopje ‘meervoudig ondersteund’ vind je ervaringsverhalen van en over kinderen en jongeren met CP. Deze informatie is toegespitst op kinderen en jongeren met een verstandelijke beperking, maar veel onderwerpen gelden ook voor kinderen en jongeren zonder een verstandelijke beperking.

Hoe een kind of jongere zich ontwikkelt, hangt altijd samen met meerdere domeinen. Lees daarom ook de informatie op de pagina van de andere domeinen. Dan krijg je een zo compleet mogelijk beeld van de ontwikkeling van kinderen en jongeren met CP. Ontwikkeling hangt ook samen met gedrag en emoties bij kinderen. Op de website www.cpengedrag.nl lees je hier meer over.

De kennis op onze website komt uit wetenschappelijk onderzoek maar er is nog meer  belangrijk om te weten. Lees daarvoor ‘Goed om te weten’ op onze website.

Benieuwd naar ervaringen van anderen? Bekijk dan onze video’s.

Geen enkel verhaal of figuur op deze website gaat precies over de ontwikkeling van jou of je kind. Onze website is bedoeld om je te helpen in gesprek te gaan over CP en ontwikkeling. Als je gaat naar ‘in gesprek’, vind je daar praktische tips en een goede voorbereiding op het gesprek met de revalidatiearts of een andere professional.

Wil je weten waar de informatie op deze pagina precies op gebaseerd is? Lees dan vooral de pagina ‘algemene informatie’.

Bronnen

Grove motoriek

Smits DW, Gorter JW, Riddell CA, Voorman JM, Rosenbaum PL, Palisano RJ, Walter SD, Hanna SE, van Wely L, Ketelaar M. Mobility and self-care trajectories for individuals with cerebral palsy (aged 1-21 years): a joint longitudinal analysis of cohort data from the Netherlands and Canada. Lancet Child Adolesc Health. 2019; 3: 548-557. doi: 10.1016/S2352-4642(19)30122-1. https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/31178370/

Fijne motoriek

Van Gorp M, Roebroeck ME, Tan SS, Gorter JW, Smits DW, Schmidt AK, Dalmeijer AJ. Activity performance curves of individuals with cerebral palsy. Pediatrics. 2018 Nov; 142(5): e20173723. doi: 10.1542/peds.2017-3723.video abstract: http://pediatrics.aappublications.org/content/early/2018/10/02/peds.2017-3723

Online bronnen

Meer informatie over GMFCS via Canchild: https://canchild.ca/system/tenon/assets/attachments/000/002/114/original/GMFCS_English_Illustrations_V2.pdf

Meer informatie over de curves: https://cpenontwikkeling.nl/uitleg-ontwikkelingscurves/

Video uitleg  GMFCS-niveaus: https://canchild.ca/en/resources/42-gross-motor-function-classification-system-expanded-revised-gmfcs-e-r

CP Nederland: www.cpnederland.nl

CP en gedrag: www.cpengedrag.nl 

Meervoudig ondersteund: https://cpnederland.nl/leven-met-cp/meervoudig-ondersteund/